woensdag 19 maart 2008

Treintrip



Ja, weer een nieuwe ervaring: een treintrip maken in Liberia, een hele belevenis! Dit gaat wel wat anders dan "thuis". In Liberia zijn 2 spoorlijnen, eentje vanuit de haven in Monrovia naar de Bong Mijnen, 80 km. en eentje meer naar het oosten van het land, alleen weet ik niet of deze ook rijdt. Zaterdagmorgen zijn we met 3 jeeps naar het "station" gereden hier in het havengebied. Er stond daar een passagierstrein: wagons met een locomotief ervoor. Ik ben er nog niet achter of en hoe vaak, deze trein gaat. Ze hebben me laten vertellen dat ze vorig jaar een bus gebruikten, de wielen er onder uit hadden gehaald en deze bus op een wagon gezet: je hebt dan een passagierstrein! Heel creatief. Goed onze trein, een goederentrein, hadden we op verzoek geregeld. Er werd al gezegd dat we niet aan tijd gebonden moesten zijn, want het kon best wezen dat bij aankomst alles nog geregeld moet worden, de machinist nog moet komen en het ook maar afwachten is of de locomotief wil starten en (blijven) rijden (ervaring van mercyshippers van de vorige trips)! Dus in alle vroegtje, 6.30 uur vertrokken. Een aantal jongens van het schip hadden de trip geregeld; heerlijk was dat, ik hoefde alleen maar te volgen. Ze hadden zelfs voor drinken en lunch gezorgd! De trip zou gaan naar Bong Mines, een mijnengebied waar ijzer wordt gewonnen, ongeveer 80 km.

Bij aankomst op het "station" in Monrovia was het nog even wachten, maar we konden ons vermaken met allerlei handeltjes die gedaan werden zoals verkoop van grote bananentrossen, olievaten, zakken met houtskool etc. die dan worden vervoerd met de goederentrein. Wij reden met de jeeps op de trein om dan plaats te nemen op het dak of in de jeep. Op het dak zitten is natuurlijk geweldig en dit kan allemaal omdat er hier geen regels zijn en omdat de trein toch niet zo hard rijdt, want er maakt nog ander verkeer (mensen, honden, kippen etc.) gebruik van de rails! Er zijn ook geen stations, behalve begin en eind. Aangezien er toch luid wordt getoeterd weet men dat de trein eraan komt. Dit is ook gezellig, want dan rennen de kinderen naar het spoor om te zwaaien en roepen. Als je nog wat mee te geven heb of mee wilt, dan kan dat. Trein stopt, rijdt achteruit en je kunt mee!










Ik heb van de rit genoten! Mooie en groene natuur, langs kleine dorpjes: gewoon simpele hutjes en lekker weer. Het was heet, maar omdat je op het dak zit, is er een windje wat zorgt dat het lekker is. Het was ook gewoon gezellig. Een gitaar was mee, een hangmat en ons goeie humeur!






Na ongeveer 2,5 uur kwamen we aan in Bong Town. Daar de jeeps van de trein gereden en verder gereden naar een prachtig meer. Het was er zo mooi en vredig; vogels hoor je zingen, libelles die over het water vlogen en helder water. Helaas, we mochten niet in het water omdat de vorige keer een aantal mensen schistosomiasis (bilharzia), een infektieziekte wat veroorzaakt wordt door een worm die in stilstaand zoet water voorkomt. De larve komt via je huid binnen en verspreid zich lekker in je lichaam! Het water was erg aanlokkelijk, zo helder (en het was bloedje heet), maar de bilharzia is verre van aantrekkelijk, dus ben ook niet in de verleiding gekomen. We hebben daar wel van onze lunch genoten! Omdat het zo heet was en nauwelijks wind en midden op de dag zijn we na een uur weer vertrokken en hebben rondgetoerd in dit mijnengebied waar mn. voor de oorlog veel ijzer werd gewonnen. We hadden een gids bij ons die hier ook gewerkt heeft. Veel oftewel alles is gesloopt door de rebellen. Ws. komt er eind dit jaar een bedrijf uit Zuid-Afrika die de ijzerwinning weer op gaat pakken. Dit geeft dan ook weer meer werkgelegenheid voor de lokale bevolking. In dit gebied is ook veel gevochten, mijnwerkers werden geronseld om dienst te nemen in het leger of als je van een "verkeerde" stam was, dan werd je gewoon geexecuteerd. We vonden nog lege patroonhulzen, dus eentje meegenomen als souvenir.
















In Bong Town zijn we in een ziekenhuis geweest. Ik vond dit heel confronterend voor de huidige situatie van dit land. Het was een prachtig en vrij groot ziekenhuis (98 bedden). Zag er goed en verzorgd uit, alleen ik zag zo weinig patienten! We werden rondgeleid door een verpleegkundige en een arts. Zij vertelden dat de overheid de mensen een gratis behandeling belooft. Helaas, het ziekenhuis krijgt nauwelijks medicijnen en materialen van de overheid om te kunnen behandelen; dus ja, als je niets hebt om te behandelen, dan houdt het snel op met behandelen en hoef je mensen ook niet op te nemen. Op de IC namen we een kijkje en daar stond een medicijnkast met namen van medicijnen, maar waar waren al die medicijnen? De verpleegkundige vertelde dat het ziekenhuis voor de oorlog was opgericht door een duits bedrijf die ook de mijnen beheerde. Tijdens en na de oorlog was het overgenomen door een NGO, maar 2 jaar geleden waren ze vertrokken omdat de oorlog voorbij was en het redelijk rustig was, dus geen reden om hier te blijven en wel een reden om aan de liberiaanse overheid de verantwoordelijkheid te geven. Maar ja.....



Op de IC lag een kindje van 6 maanden, erg ondervoed! Het kind had malaria waar het voor opgenomen was en behandeld werd. De vader zat erbij en vertelde dat de moeder in december was overleden (iets aan de longen...). Kind krijgt dus geen borstvoeding meer. Hij moet nu voeding kopen en dat is relatief duur voor een liberiaan! Hij heeft nog 9 andere kinderen en is farmer (verbouwt wat gewassen). Die man heeft gewoon geen geld en dat kind was zo ontzettend mager.......op dat moment kon ik het alleen maar in Gods handen leggen.